Sla navigatie over
afbeelding

Gaan gemeenten toch weer gif spuiten?

18 december 2020

Redactie

De rechter bepaalde onlangs dat gemeenten het onkruid in de openbare ruimte weer met pesticiden mogen bestrijden.

Officieel geldt sinds 2016 een verbod voor gemeenten op het gebruik van chemische onkruidverdelgers op verhardingen. Een jaar later werd dit ook ingevoerd voor het bestrijden van onkruid op halfverhardingen en in de groenvoorziening. Alleen voor het bestrijden van agressieve gevaarlijke plantensoorten, zoals de Japanse Duizendknoop en de Reuzenberenklauw, mag nog wel chemische bestrijding gebruikt worden.

De rechtbank in Den Haag zei echter dat het verbod op een professioneel gebruik van pesticiden een wettelijke grondslag mist. De uitspraak maakt het voor gemeenten weer mogelijk het onkruid in de openbare ruimte met pesticiden te verdelgen. De afgelopen jaren zijn veel gemeenten onder druk van het verbod op chemische bestrijdingsmiddelen op duurzame methoden overgegaan. De ervaringen hiermee, zoals het wegbranden van onkruid of het bestrijden ervan met heet water en hete lucht, zijn echter niet denderend. Taai onkruid komt doorgaans snel weer terug. Met chemicaliën is het mogelijk onkruid tot in de wortels uit te roeien. Dat is toch effectiever. Bovendien zijn er met duurzaam onkruidbeheer hoge kosten gemoeid. Het kost meer tijd en vergt meer machines en menskracht.


Verbod

Kort voor het van kracht worden van het verbod in 2016 spiegelde CROW voor alle gemeenten gezamenlijk bij gifvrij onkruidbeheer een hoger kostenplaatje van 100 miljoen euro voor. Ook moest er vaker gereden worden en dat werkt averechts voor het milieu. Voor gemeenten betekende het ook dat ze met een sneller verdampend budget niet langer het hele areaal van de stad aan konden pakken, maar moesten kiezen. Dat spoorde dan weer niet met de door de raad gewenste en vastgestelde beeldkwaliteitsniveaus. De openbare ruimte moet er spic en span uitzien. Veel gemeenten zijn pas op het allerlaatste moment van chemische middelen afgestapt.


Nieuwe motie

De Tweede Kamer reageerde direct op de uitspraak van de rechter tijdens het Wetgevingsoverleg Water begin december met een inmiddels aangenomen motie om zo snel mogelijk een toereikende rechtsgrondslag te creëren, die het mogelijk maakt het eerder door de Kamer ingestelde verbod weer te bekrachtigen. Recent onderzoek van het RIVM heeft namelijk aangetoond dat het verbod een positieve uitwerking heeft op de waterkwaliteit.

De verwachting is echter dat een dergelijke aanpassing veel tijd zal kosten en op zijn vroegst in 2022 in werking kan treden.

Bron: gemeente.nu

Delen via